EHBO Cursus
Hieronder staan alle onderdelen van een EHBO cursus uitgelegd.
EHBO cursus: Bewusteloosheid
Bewusteloosheid, Onafhankelijk van de oorzaak zoals een verkeersongeval, verdrinking, arbeidsongeval (bijvoorbeeld door aanraking met elektriciteit of door een val veroorzaakt), zonnesteek, vergiftiging of ziekte, moet allereerst vastgesteld worden of het slachtoffer ongehinderd kan ademen. Rochelen, blauwe kleur van lippen en gezicht, onregelmatig of zwak op en neer bewegen van de borstkas en afwezigheid van waarneembare ademhaling zijn snel te constateren tekenen van bij bewusteloosheid dreigend gevaar van verstikking.
Kunstmatige ademhaling is dan zonder meer nodig. Bij gevaar van verstikking is iedere seconde van belang! Daarbij moet degene die de ademhaling toepast, schatten welke kracht hij met zijn eigen longen moet uitoefenen om de longen van het slachtoffer te vullen met lucht; hij moet eraan denken, zelf in het begin zo snel en zo krachtig mogelijk te ademen. Wanneer hij direct na krachtig inademen de lucht weer uitblaast komt er nog voldoende zuurstof in de longen van het slachtoffer.
EHBO Cursus: Mond-op-neus-beademing
Hoe werkt Mond-op-neus-beademing?
1.een hand ligt op het voorhoofd ter hoogte van de haargrens van het slachtoffer;
2.de andere hand gaat langs zijn keel naar de kin en duwt de onderkaak daarbij naar boven resp. naar voren; de duim komt dwars over de onderlip te liggen en duwt de mond dicht;
3.beide handen duwen het hoofd in een sterk achterwaartse positie en houden het in die stand gedurende de hele beademing;
4.de mond van de hulpverlener sluit zich als een trechter over het gezicht van het slachtoffer, de lippen sluiten vast om diens neus;
5.dan diep ademhalen en krachtig, maar zonder geweld, met wijd geopende mond in de neus van de bewusteloze blazen; is de neus geblesseerd dan kan in de licht geopende mond geblazen worden;
6.de ogen zijn daarbij gericht op het lichaam van de bewusteloze; diep inademen en letten op het dalen van zijn borstkas en luisteren naar het ontsnappen van de ingeblazen lucht. Wanneer dit niet te horen is, dan de duim iets loslaten zodat de lucht tussen de lippen door kan ontwijken;
7.dan opnieuw krachtig lucht inblazen, 7-20 maal achter elkaar;
8.na hoogstens 20 maal blazen een rustpauze inlassen van een halve minuut;
9.vervolgens opnieuw beademen! Maar nu zonder inspanning en volgens het ritme van de eigen ademhaling (18-20 maal per minuut), ook wanneer het slachtoffer nog niet zelf is gaan ademen;
10.deze beademing voortzetten tot de bewusteloze zelf ademt.
Deze beademing kan ook uitgevoerd worden bij zij- of buikligging van de bewusteloze. Stuit het inblazen van lucht op grote weerstand of zijn de luchtwegen kennelijk versperd (door gebit, braaksel, aarde, modder, sneeuw) dan met een om de vinger gewikkelde zakdoek de mond schoonmaken. Wanneer de bewusteloze voldoende ademt (dat wil zeggen met duidelijke adembewegingen, zonder bijgeluiden, en terugkeer van de kleur op het gezicht) dan kan de patiënt op zijn zij gelegd worden.
EHBO Cursus: Stabiele zijligging
De Stabiele zijligging
De Stabiele zijligging heeft ten doel de luchtwegen van de bewusteloze vrij te houden en niet te laten blokkeren door het terugvallen van de tong of door braaksel.
Aan de kant van het lichaam die het minst geblesseerd is de arm loodrecht op het lichaam en het been in de lengterichting van het lichaam strekken; dan het lichaam op die zij rollen. Een hand steunt daarbij het hoofd van de bewusteloze, zodat het niet tegen de grond slaat. Het bovenste been vervolgens buigen en de bovenste arm, met gebogen elleboog, voor het lichaam leggen. Opletten dat de luchtwegen vrij blijven en mond en neus makkelijk kunnen worden gecontroleerd.
Ook in zijligging mag de bewusteloze niet alleen gelaten worden omdat de ademhaling plotseling gehinderd kan worden of kan ophouden.
EHBO Cursus: Bloedingen
Vormen maar zelden een onmiddellijk levensgevaar. Gevaarlijk bloedverlies kan optreden bij het stootsgewijs opwellen of uit de wond spuiten van het bloed. Afbinden moet zoveel mogelijk worden vermeden; bij ernstig bloeden het gewonde lichaamsdeel hoog leggen en een drukverband aanbrengen.
In zeer ernstige gevallen, wanneer een drukverband niet helpt en afbinden niet mogelijk is kan doodbloeden alleen voorkomen worden door in de wond zelf in te grijpen: met de vinger moet het defecte bloedvat tegen het onderliggende bot worden dichtgedrukt. Indien dit ook niet helpt kan de slagader dichtgedrukt worden die het desbetreffende lichaamsdeel van bloed voorziet. Dit gebeurt door het dichtdrukken van de slagader tegen het onderliggende bot.
EHBO Cursus: Shocktoestand
Een shock is een tekortschieten van de bloedsomloop, dat kan optreden bij inwendige en uitwendige bloedingen, bij ernstige verwondingen, bij omvangrijke kneuzingen of verbrandingen, bij acute vergiftigingen en andere oorzaken; de shock kan door pijn en schrik worden verhevigd.
Kenmerken van shock: bleekheid, koud zweet, beven en rillen, zieke gelaatsuitdrukking, lege starende blik, zwakke maar snelle pols. De door een shock getroffene kan panisch opgewonden zijn of juist opvallend ongeïnteresseerd en rustig. In ernstige gevallen kan bewusteloosheid volgen.
Behandeling
1.Het slachtoffer plat neerleggen. Bij groot bloedverlies daarbij de benen, resp. het voeteneinde van de draagbaar, hoger leggen;
2.rust, geen onnodige bewegingen;
3.bescherming tegen invloeden van buiten zoals hitte, kou, wind, regen, lawaai;
4.kalmerend toespreken;
5.bij een shock-slachtoffer onverwijld een arts (laten) roepen, die vervolgens beslist of de patiënt vervoerd kan worden.
Wanneer transport nodig is, moet dit uiterst voorzichtig gebeuren en zonder de vlakke, liggende positie van de patiënt te veranderen.
EHBO Cursus: bij een Ongeluk met elektriciteit
Is het slachtoffer nog in aanraking met een onder spanning staand onderdeel (bij laagspanning, dat wil zeggen tot 1000 volt): zo mogelijk de stroom uitschakelen. Het slachtoffer bij de elektriciteit vandaan halen. Bij reddingspogingen waarbij de stroom niet kan worden uitgeschakeld bestaat gevaar voor de redder; deze moet zich van de grond isoleren met rubberschoenen, rubbermat of droge planken, balken of kisten. Het slachtoffer wordt dan met een lange, droge stok bij de elektrische lading weggehaald; lukt dat niet, dan moet hij vanaf een geïsoleerde plaats worden weggetrokken. Daarvoor moet de helper echter absoluut de handen omwikkelen met droge kledingstukken en dergelijke. Bij hoogspanninginstallaties, dat wil zeggen met spanningen van meer dan 1000 volt kan de verongelukte pas geborgen worden nadat van bedrijfswege de spanning is uitgeschakeld. In brand geraakte kledingstukken kunnen worden gedoofd door het slachtoffer over de grond te rollen of door het vuur te verstikken met dekens, zakken en dergelijke Voor eerste hulp bij verbrandingen: zie aldaar.
De slachtoffers zijn meestal bewusteloos, bij stoornissen in de ademhaling moet direct met beademing worden begonnen; deze moet worden voortgezet tot de patiënt weer regelmatig ademt of een arts de dood heeft vastgesteld. Hartmassage bij stilstand van de bloedsomloop is voorbehouden aan artsen of aan speciaal geschoolde EHBO gediplomeerden. Deze zelfde instructie voor de beademing geldt ook voor door de bliksem getroffen slachtoffers.
EHBO Cursus: bij Gasvergiftigingen
Komen vooral voor in woningen door kolendamp, in garages door uitlaatgassen van auto’s (koolmonoxide), in gierputten door andere giftige gassen (ammoniak, zwavelwaterstof, methaan, koolzuur), in groenvoersilo’s door koolzuur.
Bij het ontsnappen van gas van gasverlichting of gasfornuis bestaat explosiegevaar (het Nederlandse aardgas is overigens niet giftig, wel explosief), daarom geen elektrische bel gebruiken en geen lichtschakelaars; geen lucifers aanstrijken en niet roken.
De vergiftigde moet, zo mogelijk, uit de met gas vergiftigde zone worden verwijderd en in de frisse lucht worden gebracht. Bij stoornissen van de ademhaling direct beademen. Direct de dichtstbijzijnde arts waarschuwen.
Bijzonder verstikkingsgevaar bestaat voor redders in gierputten, gistkelders en groenvoersilo’s; daarom moeten daar reddingspogingen nooit alleen worden ondernomen. Ook moet hier nooit met open lampen worden gewerkt. De redder moet aan een touw zijn vastgebonden en zelf bewaakt worden.
EHBO Cursus: bij Andere vergiftigingen
Bij vergiftiging door vloeistoffen, poeders, tabletten, vergiftige planten en paddestoelen is ogenblikkelijk ledigen van de maag aan te bevelen door de patiënt een warme zoutoplossing te laten drinken (drie volle theelepels keukenzout op een glas warm, niet te heet, water). Wordt de patiënt daardoor niet direct tot braken gebracht dan kan men daarbij de achterkant van de keel nog prikkelen met de steel van een lepel. Een bewusteloze of verdoofde mag echter nooit drinken worden toegediend. Heeft de vergiftigde uit zichzelf al braakneigingen, dan is het drinken van een glas warm water voldoende.
Het drinken van melk of olie (wonderolie) kan soms gevaarlijk zijn. Dit dient dus achterwege te blijven.
Bij etsende vloeistoffen (zuren, loog) de patiënt nooit laten braken (opnieuw slokdarmbeschadiging).
Bij storingen in de ademhaling: mondbeademing. Bij vergiftiging met insectendodende middelen of stoffen om gewassen te bespuiten, dient de beademing altijd plaats te vinden door een over neus en mond van de vergiftigde gelegde doek heen, omdat de hulpverlener anders zelf vergiftigingsgevaar loopt.
EHBO Cursus: bij Lokale bevriezingen
Symptomen : de huid is plaatselijk koud, vervolgens wit, stijf, marmerachtig en gevoelloos. Na het ontdooien:
le graads bevriezing: de huid is rood, gezwollen en pijnlijk;
2e graads: er vormen zich geleidelijk blaren;
3e graads: de huid wordt week, grijsachtig blauw, blijft koud en gevoelloos;
4e graads: diepliggend weefsel, bot inbegrepen, kan beschadigd zijn en afsterven.
Behandeling: is de patiënt ook door de kou bevangen, dan moet die kou het eerst behandeld worden (zie hieronder). Dreigt alleen lokale bevriezing, dan het lichaamsdeel in kwestie wrijven met koude, wollen kledingstukken.
Het bevroren lichaamsdeel tegen het warme lichaam leggen; alle ledematen actief bewegen. Treedt binnen 10 minuten geen verbetering in, dan snel een verwarmd vertrek opzoeken; het bevroren lichaamsdeel in koud (6 tot 10 °C) water dompelen en met een doek wrijven in de richting van het hart; het eventueel aanwezige ijs verwijderen, de bevroren plek reinigen en geleidelijk, in de loop van een halfuur, de temperatuur van het water opvoeren tot 38 à 40 °C (niet hoger); ondertussen doorgaan met actieve bewegingen. Na het ontdooien: het bevroren lichaamsdeel hoog leggen in wol of watten, bij kamertemperatuur. Blaren dicht laten. Een droge, gesteriliseerde bedekking op de wonden.
EHBO Cursus: bij Algehele bevangenheid door kou
Symptomen: bij een inwendige lichaamstemperatuur van 32 °C treden fantasieën en slaperigheid op; bij 30 tot 25 °C een diepe slaap (koude narcose); onder de 25 °C is er levensgevaar! De patiënt is bleek, wordt stijf; hij heeft een zwakke, langzamer wordende pols. De ademhaling is moeilijk waarneembaar en verdwijnt langzamerhand geheel.
Behandeling: streef naar een snelle verwarming van romp, nek en hoofd met alle ter beschikking staande middelen en laat ledematen en gezicht vooreerst onverwarmd. Kruiken en warme doeken op de romp leggen; warme lavementen toedienen. Wanneer de patiënt tot slikken in staat is, kan men hem warme koffie of thee met suiker geven; alleen in uitzonderlijke gevallen wat alcohol.
Aan bevroren ledematen en gezicht hoeft pas daarna aandacht te worden besteed: zij kunnen in koud water (bad), waarvan de temperatuur geleidelijk tot 38 à 40 °C wordt opgevoerd, worden ontdooid.
EHBO Cursus: bij Zonnesteek
Een zonnesteek is een acute aandoening van het hersenvlies door inwerking van lichtstralen.
Symptomen: hoofdpijn, duizeligheid, braakneiging, lusteloosheid, hoge koorts, stijve nek, langzame pols; in ernstige gevallen bewustzijnsverlies, coma, dood. Behandeling: de patiënt in de schaduw brengen, zijn kleren losmaken, koude compressen of ijszakken op het hoofd leggen. Is de patiënt bij bewustzijn dan koel drinken geven. Zout moet vermeden worden wegens een nadelig effect op de hersenen en op de urine-uitscheiding, dus geen soep. Rust, voorzichtig afvoeren in half zittende houding. Geen alcohol, geen zonlicht op het hoofd.
EHBO Cursus: bij Bevangenheid door de hitte
Symptomen: vermoeidheid, passiviteit, geïrriteerdheid, koud zweet. Daarop volgen ademnood, droge grijsblauwe plekken op de huid, snelle onregelmatige pols, in ernstige gevallen collaps en dood.
Behandeling: in de schaduw leggen, kleren losmaken, koude zwachtels op borst en hoofd! Dadelijk zout toevoeren, hetzij een oplossing van keukenzout, hetzij zoute soep. Is de patiënt bewusteloos dan lavementen toedienen. Dit ogenblikkelijk toedienen van zout redt de patiënt vaak het leven. De arts zal vervolgens vooral de bloedsomloop nauwkeurig behandelen en verder observeren. Zeer voorzichtig transporteren! Bij bevangenheid door de hitte staat de beschadiging van het hart, veroorzaakt door warmtestuwing bij water- en zoutverlies, op de voorgrond.
EHBO Cursus: bij Verbrandingen
Zijn iemands haar of kleren in brand geraakt: blussen voorzover er water aanwezig is, anders het slachtoffer wikkelen in natte of droge doeken. Voorzichtig!: synthetisch weefsel is ongeschikt om vuur te verstikken. Nota bene: alle brandwonden zijn bijzonder vatbaar voor infecties; de genezing zal langer duren ten gevolge van een infectie, verder kunnen littekens achterblijven, die op hun beurt gewrichten kunnen blijven hinderen in hun beweging. Ga er dus van uit: zo groot mogelijke steriliteit = voorkoming van infecties.
Verbrandingsgraden:
le graad: rode huid;
2e graad: blaarvorming;
3e graad: bleke, gevoelloze of afbladderende, zwart verkoolde huid.
Behandeling: alleen verbrandingen van geringe omvang kunnen zelfstandig afdoende behandeld worden. Nooit de blaren openmaken! Geen huismiddeltjes gebruiken als olie, vet of meel.
Hulpmiddelen: als bedekking van de brandwonden steriel gaas gebruiken of zachte, pas gewassen lakens. Het is wenselijk om steriele driekante doeken in de huis- en reisapotheek te hebben, die hiertoe gebruikt kunnen worden.
Opmerking: omvangrijke verbrandingen en verbrandingen aan het gelaat vereisen medische behandeling. Als eerste hulp mag hierbij hoogstens het ergste vuil verwijderd worden en een steriel verband aanlegd worden. Slachtoffers van ongelukken met zware brandwonden moeten veel drinken: tot 4 liter per etmaal, en wel zout water; 1 eetlepel keukenzout per liter water.
EHBO Cursus: bij Hartaanval
Het zoeken naar de oorzaak moet aan de arts worden overgelaten. Symptomen: doodsangst, sterke kortademigheid, pijn in bovenbuik of borst die vaak doorwerkt in arm, nek of hoofd. Soms hevig hoesten waarbij een schuimende roze vloeistof wordt uitgespuwd. Direct de arts waarschuwen!
De patiënt moet in de stand gebracht worden waarin hij zich het beste voelt (meestal is dat een half zittende, half liggende houding), kleren losmaken en toedekken, maar niet te warm. Niet zonder toezicht van de arts de patiënt optillen, dragen of te drinken geven. Zelf rustig blijven en de patiënt kalmerend toespreken. Hij moet langzaam en diep inademen en door de mond uitademen.
EHBO Cursus: bij Vreemde voorwerpen
In het oog: Stofjes, kolengruis, kleine insecten en dergelijke zitten vaak onder het ooglid. Het omkeren van het lid: een hand pakt voorzichtig de wimpers en trekt ze naar beneden; de andere hand legt een lucifer in de breedte langs de bovenste rand van het ooglid; dit wordt vervolgens omhooggeklapt. De patiënt moet naar beneden kijken. Met de punt van een schone zakdoek kan het voorwerpje dan vaak worden verwijderd. Kleeft de ongerechtigheid vast aan het hoornvlies, dan niet verder proberen. Direct naar de dokter!
In oor en neus:
Door een arts laten verwijderen. Manipulaties met haarspelden en dergelijke halen niets uit; meestal worden de ongerechtigheden nog verder naar binnen gestoten en bestaat gevaar voor verwondingen (trommelvlies!). Insecten die het oor binnengedrongen zijn kunnen onschadelijk gemaakt worden door het in het oor gieten van wat lauwwarme olie of water.
In de keel:
De patiënt moet proberen het voorwerp uit te hoesten. Nooit met de vinger proberen te voelen! Daarmee drukt men het juist verder naar binnen. Helpt hoesten niet, dan de patiënt voorover laten buigen, hem met het hoofd naar beneden over een stoel of tafel leggen en krachtig tussen de schouderbladen kloppen. Kinderen met het hoofd naar beneden over een arm laten hangen. Kleine kinderen aan de voeten optillen. Komt de ongerechtigheid niet naar buiten, dan direct een arts of een ambulance laten komen! Stokt de adem, dan meteen met kunstmatige ademhaling beginnen. Ook wanneer er schijnbaar geen ernstige gevolgen zijn: direct naar de dokter!
Ingeslikte voorwerpen:
Kleine, ronde voorwerpjes (parels, knoopjes, geldstukjes, knikkers) zoals die met name dikwijls door kinderen worden ingeslikt, komen meestal zonder ongemakken te veroorzaken via het spijsverteringskanaal weer naar buiten. Geen laxeermiddel geven! Bij pijn echter direct naar de dokter. Verschillende dagen letten op de ontlasting om te zien of het voorwerp eruit gekomen is. Scherpe en langwerpige voorwerpen (haarspelden, veiligheidsspelden, botjes) kunnen gevaarlijk zijn. Blijf rustig, maar ga direct naar de dokter.
EHBO Cursus: bij Botbreuken
Een arts waarschuwen, de gewonde toedekken, zo nodig dezelfde eerste hulp verlenen als bij shock. Wanneer het gebroken bot door de huid steekt en de wond bloedt, de wond steriel bedekken en verbinden; niet proberen het bot terug te schuiven! De wond niet schoonmaken! Wachten op medische hulp. Is geen arts te bereiken en moet het slachtoffer vervoerd worden, dan het gebroken lichaamsdeel spalken. Als spalk kan bijna alles gebruikt worden wat bewegen van het bot kan verhinderen (opgerolde kranten voor een arm; bezemsteel, wandelstok voor een been). De spalk moet zo lang zijn dat ook boven en onder de plaats van de breuk de gewrichten niet bewegen. Moet een arm of been voor het spalken worden gestrekt, dan wordt het bot aan weerszijden van de breuk met de handen gesteund terwijl het lichaamsdeel door een tweede helper met matige, constante kracht in een zo natuurlijk mogelijke positie wordt gebracht. De noodspalk rijkelijk opvullen met watten of schone doeken en dan voorzichtig vastbinden. Is geen verband beschikbaar dan kunnen riemen, dassen of repen linnen dienst doen.
Gebroken benen moeten altijd gespalkt worden! Is helemaal geen spalk te vinden dan is het het beste het gebroken been aan het gezonde been vast te binden. Een gebroken bot zetten mag alleen een arts. Dat het slachtoffer zijn been kan bewegen bewijst niet dat het niet gebroken is. Heeft het slachtoffer moeite met het bewegen van zijn vingers of heeft hij een tintelend gevoel of gevoelloosheid in zijn armen, dan bestaat het vermoeden van een halswervelbreuk. Kan hij wel zijn vingers bewegen maar niet zijn voeten en tenen of treedt tinteling of gevoelloosheid in de benen op of pijn wanneer hij zijn nek probeert te bewegen, dan bestaat het vermoeden van een rugwervelbreuk.
Moet de gewonde absoluut worden vervoerd, dan dient het transport te geschieden op een harde, vlakke ondergrond (een plank bijvoorbeeld). De positie van het slachtoffer moet daarbij zo min mogelijk worden veranderd.
EHBO Cursus: bij Kneuzingen
Hierbij wordt het lichaamsweefsel beschadigd door een kracht, uitgeoefend door een stomp voorwerp. Beschadigingen van de huid kunnen naar binnen bloeden of naar buiten; van buitenaf is de blessure vaak alleen aan een pijnlijke zwelling te zien, die na enkele uren of enkele dagen van kleur verandert.
Direct na de stoot kan een grote bloeduitstorting worden voorkomen door het aanleggen van een elastisch verband en het hoog leggen en stil houden van het gekneusde lichaamsdeel.
Wonden door kneuzingen geven een grote kans op infecties. Bij tekenen van een ontsteking dadelijk de arts raadplegen. Spierverrekkingen, zoals die bij sport en werk kunnen voorkomen, moeten altijd door een arts beoordeeld worden. Soms gaat het om een gescheurde pees die operatief moet worden behandeld; een peesoperatie moet zo snel mogelijk na de blessure gebeuren!
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.