Onderkaak

De mandibula of onderkaak is het enige beweegbare deel van de schedel. Het biedt structuur en bescherming voor de mondholte en een bevestigingsplaats voor de tanden. De mandibula is door middel van kogelgewrichten bevestigd aan het achterste uitsteeksel (processus condylaris) van de maxillaire tak (ramus maxillae).

De kop (caput) van dit uitsteeksel valt in de holte (fossa mandibularis) van het slaapbeen (os temporalis), net voor de uitwendige gehoorgang en nestelt zich precies onder en iets naar achteren ten opzichte van gewrichtsknobbeltje (tuberculum) van een naar opzij gericht uitsteeksel aan de bovenkaak (processus zygomaticus maxillae). Aan de voorzijde van dit gewricht bevindt zich het voorste uitsteeksel van de ramus mandibulae (processus coronoideus mandibulae), dat precies onder de jukboog (arcus zygomaticus) valt wanneer de mond is gesloten.

Tussen de caput en de processus coronoideus ligt een indruk op het hogere deel van de onderkaak: de mandibulaire inkeping. De mandibulaire hoeken zijn de onderste, achterste hoeken van de onderkaak, terwijl de ramus het gedeelte aan weerszijde van de mandibula is, dat tussen de kop van de processus condylaris en de hoek ligt. In het voorste deel van de mandibula bevinden zich de kinknobbeltjes (tuberculae mentalis) en uitsteeksels (procesus mentalis) die de vorm van de kin bepalen. Aan weerszijde van de kin zitten openingen (foramina mentalis).