Hypofyse
De glandula pituïtaria of hypofyse is een kleine klier, niet groter dan een erwt, die zich bevindt in de kleine holling van het wiggebeen, het zogenaamde sella turcica (Turks zadel), onderaan de hersenen. De hypofyse wordt gereguleerd door de hypothalamus waaraan hij vastzit en wordt ook wel de hoofdklier genoemd omdat hij de hormonale schakel vormt tussen het centraal zenuwstelsel en de endocriene klieren. Sommige hormonen die de hypofyse afscheidt zetten andere klieren aan tot eigen hormoonproductie.
De kleine klier bestaat eigenlijk uit twee klieren: de pituïtaria anterior (de voorkwab) en de pituïtaria posterior (de achterkwab). De hypofyse produceert diverse hormonen. Een van de hypofysehormonen reguleert de terugresorptie van water in de nieren. Een ander hormoon zorgt ervoor dat de baarmoeder tijdens de geboorte samentrekt en stimuleert daarna de melkproductie in de borstklieren.
Een van de belangrijkste hypofysehormonen is een groeihormoon. Dit hormoon stuurt de groei door de toevoer van voedingsstoffen naar de cellen te regelen. Het werkt ook samen met insuline om de suikerspiegel in het bloed te reguleren.
Achterste klier
De achterste klier of achterste hypofyse (of neurohypofyse) produceert twee hormonen: oxytocine en vasopressine. Oxytocine stimuleert de samentrekkingen van de baarmoeder tijdens de bevalling (uteruscontractie) en de melkproductie. Vassopressine veroorzaakt vernauwing van slagaders en draagt op die manier bij aan het reguleren van de waterretentie door de nieren.
Chiasma opticum
Het chiasma opticum of optisch chiasma bevindt zich op het onderste oppervlak van de hypothalamus, nabij de hypofyse. De optische zenuwen kruisen elkaar in een X-vorm ter hoogte van het optisch chiasma. Dit is de plaats waar de vezels van de mediale (of nasale) helften van beide netvliezen elkaar kruisen, vervolgens overgaan in de optische schacht van de tegenoverliggende zijde en zich dan voortzetten naar de hersenen.
De visuele informatie die binnenkomt in de ogen wordt doorgestuurd naar de visuele schors (cortex) achter in het hoofd. Het linker- en rechteroog zien hetzelfde object elk vanuit een iets andere hoek. Informatie van de rechterzijde van het linkeroog en van de rechterzijde van het rechteroog gaan naar de rechterzijde van de visuele cortex. De informatie van het linkeroog kruist via het optische chiasma.
Hypothalamus mammilla
De hypothalamus mammilla (corporis albicantia) zijn twee kleine, ronde, witte massa’s ongeveer ter grootte van een erwt. Zij bevinden zich aan de onderzijde van de hersenen nabij de hypofyse.
Infundibulum
Het infundibulum, ook wel de hypofysesteel of neurale steel, is een trechtervormige structuur van grijs weefsel die de hypofyse verbindt met de hypothalamus onder tegen het oppervlak van de hersenen.
Sella turcica
Op het bovenste oppervlak van het lichaam (de centrale positie) van het wiggebeen bevindt zich een diepe verlaging waarin zicht het hypofyselichaam bevindt; het sella turcica of fossa hypofysialis. Het heet sella turcica vanwege zijn vorm, die lijkt op een Turks zadel. Deze verlaging bevat een aantal openingen (foramina) waar een aantal kleine bloedvaten doorheen lopen die voedingsstoffen naar de hypofyse transporteren.
Voorste klier
De voorste klier of voorste hypofyse (of adenohypofyse) produceert diverse hormonen. Hij is verantwoordelijk voor het produceren van het groeihormoon (GH) dat de groei van hard en zacht weefsel stimuleert en dat helpt bij het reguleren van de stofwisseling. De voorste klier produceert bovendien hormonen die op hun beurt weer andere endocriene klieren stimuleren hun eigen hormonen af te scheiden. De hypofyse produceert, naast het schildklier stimulerend hormoon (TSH) dat een afscheiding van de schildklier naar behoefte stimuleert, ook het adrenocorticotrofisch hormoon (ACTH) dat een afscheiding van de bijnierschors stimuleert. Ook scheidt de voorste hypofyse hormonen af die de ontwikkeling van het voortplantingsstelsel stimuleren.
Het produceert het follikel stimulerende hormoon (FSH), dat de eiproductie en de oestrogeenproductie van de eierstokken en de testosteronafscheiding en ontwikkeling van sperma in de testikels stimuleert. Daarnaast wordt het luteïnisatie hormoon (LH) geproduceerd, dat de afscheiding van progesteron door de eierstokken stimuleert en de uterus op het bevruchte eitje voorbereidt. LH speelt ook een belangrijke rol in de ontwikkeling van de melkklieren. Bovendien produceert de voorste hypofyse prolactine, het hormoon dat de melkproductie van de melkklieren stimuleert.
Meer info:
Onder de microscoop gezien blijkt de voorkwab van het hersenaanhangsel te bestaan uit kleine concentraties van cellen, gescheiden door bloedvaten en bindweefsel; die cellen laten zich onderscheiden in acidofiele (die zure kleurstoffen opnemen en zich dus laten kleuren), basofiele (die alkalische kleurstoffen opnemen) en chromofobe cellen (die geen affiniteit voor kleurstoffen bezitten). De acidofiele cellen produceren het groeihormoon en oxytocine, het hormoon dat tijdens de zwangerschap en het kraambed de melkproductie stimuleert. De basofiele cellen produceren hormonen die de schildklier, de bijnierschors, de eierstokken en de testes stimuleren. Sommige chromofobe cellen vormen eveneens hormonen, terwijl de overige waarschijnlijk inactieve vormen zijn van de andere typen cellen.
Tumoren van acidofiele cellen vormen groeihormoon; voor de puberteit veroorzaakt dit reuzengroei (gigantisme) omdat in die periode de beenderen nog groeien; na de puberteit is het effect onder andere het dikker worden van beenderen en weke delen. Een tekort aan groeihormoon voor de puberteit leidt tot dwerggroei. Bij volwassenen leidt een aandoening aan de hypofyse tot een tekort aan alle hormonen, waardoor de functie van schildklier, bijnier en geslachtsorganen wordt afgeremd.
De achterkwab van het hersenaanhangsel is een echt aanhangsel van de hersenen, in tegenstelling tot de voorkwab die zich ontwikkelt uit het verhemelte. Hij bevat zenuwvezels, bindweefsel en bloedvaten. Zijn hormonen worden gevormd in de hypothalamus (een onderdeel van de tussenhersenen) en verplaatsen zich langs de zenuwvezels in de steel van de hypofyse naar beneden. Er zijn twee achterkwab-hormonen: het antidiuretische hormoon (adh) en oxytocine.
Het antidiuretische hormoon bevordert de resorptie van water uit de urine door de nierbuisjes; letsel aan de achterkwab van de hypofyse leidt tot diabetes insipidus. Daarbij neemt de dagelijkse uitscheiding van urine toe tot 20 liter; de patiënt wordt door dorst geteisterd en moet geweldige hoeveelheden vloeistof tot zich nemen om dit vochtverlies te compenseren.
Oxytocine bewerkt een contractie van de gladde ingewandsspieren en heeft een speciaal effect op de baarmoeder; het zorgt voor de activiteit van de weeën bij de geboorte, tevens stimuleert het het uitscheiden van moedermelk uit de borst bij het zogen.
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.