Vermageren

Doordat voedingsmiddelen in onze maatschappij in overvloed beschikbaar zijn tegen prijzen die voor niemand meer een bezwaar zijn, vormt overvoeding voor velen een voortdurende bedreiging. Overvoeding bestaat uit het te veel opnemen van brandstoffen door het lichaam, bijv. vetten en suikers, die dan in het chaam opgeslagen worden. Suikers kunnen maar in beperkte hoeveelheid in het lichaam opgeslagen worden (dit gebeurt in de vorm van glycogeen in spier- en levercellen). Het teveel wordt echter in het lichaam omgezet in vet, waarvan veel mensen enorm veel kunnen opslaan in onderhuids vetweefsel. Bij mannen gebeurt dit vooral op de romp, met name de buik (het beruchte buikje); bij vrouwen wordt het vet iets gelijkmatiger over het chaam verdeeld.

Een te hoog lichaamsgewicht (vetzucht) is beslist ongezond. Hart, gewrichten en stofwisseling kunnen overbelast raken en zelfs eenvoudige chaamsbeweging gaat steeds meer moeite kosten. Hierdoor gaan allerlei chaamsfuncties achteruit en verslechtert de algehele conditie. Maar mensen met een te hoog chaamsgewicht kampen in onze samenleving nog met een ander probleem: wij vinden dik lelijk. In andere samenlevingen heeft men daar overigens soms andere opvattingen over (gehad).

Aanleg

Een groot aantal mensen eet van nature niet zoveel en loopt daarom weinig kans om dik te worden. Bij mensen die wel veel eten is het de vraag of dat op aanleg berust of dat aangeleerde, toevallige invloeden werkzaam zijn. Feit is dat bijvoorbeeld veel mensen die alleen thuis zijn of zich anderszins niet helemaal prettig voelen, de neiging krijgen om te gaan snoepen. Volgens psychologen heeft dit te maken met onlustgevoelens die men tracht weg te nemen met de lustbeleving die bij het eten optreedt.

Maar zelfs mensen die veel eten worden niet altijd dik. Soms is dan sprake van een (te) snelle stofwisseling. Vaak is er niet zo’n duidelijke oorzaak aan te wijzen. Het aantal voor vetopslag geschikte cellen is volgens sommigen van grote invloed: als deze niet in aanleg aanwezig zijn of in de kinderjaren tot ontwikkeling komen, zou men op latere leeftijd ook niet dik worden. Ook zijn er aanwijzingen dat allerlei hormoonachtige stoffen in het lichaam, zoals sommige prostaglandines, van invloed zijn op de opslag van vetten.

Hoe het ook zij, mensen met aanleg voor dik worden en een meer dan gezonde eet en snoeplust zullen zich ermee moeten verzoenen dat zij hun hele leven tegen het te dik worden moeten blijven vechten.

Om elkaar daarin bij te staan zijn er verenigingen opgericht, zoals de Weight-Watchers (weight watching = je gewicht in de gaten houden). Tijdens regelmatige bijeenkomsten controleren zij eikaars gewicht, prijzen gewichtsverlies en veroordelen gewichtstoename. Het is een vorm van sociale controle die prima kan werken. Zich zo sterk inzetten maakt echter ook dat eventueel falen harder aankomt; het gevaar bestaat dat de teleurstelling en ontmoediging zo groot worden dat men de strijd maar helemaal opgeeft. Het idee gefaald te hebben werkt vaak zo sterk door dat zij hun hele uiterlijk gaan verwaarlozen.

vermageren

Vermageringsdieet

Wie zich serieus met vermageren wil gaan bezighouden, kan daarvoor het beste de arts of een boek raadplegen. Boeken met vermageringskuren zijn te kust en te keur te krijgen en bevelen soms enigszins verschillende methoden aan, die bijna alle wel werken als je je eraan houdt en erin wilt geloven.

Wat men beslist niet moet doen is zo maar ophouden met eten. Een enkeling kan dat geruime tijd volhouden, maar er zal een onherroepelijk tekort aan onmisbare voedingsstoffen optreden. Zelfs als de voorziening hiervan gewaarborgd is, kan niet iedereen zo weinig eten; de activering van de opgeslagen vetten verloopt vaak te langzaam en er bestaat kans op een acuut tekort aan brandstoffen in de cellen. Waar ieders grenzen liggen, kan alleen maar uit ondervinding bepaald worden. Vermageren mag nooit zo ver gaan dat je je zwak of beverig voelt ( >hypoglykemie) en vooral zij die ook normaal al last krijgen als zij een maaltijd overslaan of uitstellen, moeten heel voorzichtig zijn.

Een goed vermageringsdieet kan best een voldaan gevoel geven; het is dus zeker niet nodig om altijd honger te lijden. Wie bij een vermageringsdieet toch last heeft van honger of zich anderszins niet kan beheersen, kan door de huisarts een eetlustremmer voorgeschreven krijgen. Deze preparaten, w.o. >Ponderal, behoren tot de wekaminen en werken verslavend, zodat het moeilijk is om na de kuur met het middel te stoppen.

Uit het oogpunt van voedingsleer moet aan ieder vermageringsdieet de eis gesteld worden dat het voldoende van de onmisbare voedingsstoffen verschaft. Het gaat daarbij vooral om eiwitten, mineralen, vitaminen en essentiële vetzuren. Vet en zoet voedsel zijn uit den boze. Ook de bereiding van het voedsel vraagt aandacht. Wij zijn van jongs af aan gewend om veel spijzen met vet toe te bereiden. Brood besmeren we met boter, vlees wordt in vet gebraden, aardappelen worden op smaak gebracht met vette jus, door groenten scheppen wij een klontje boter, salade krijgt een saus met mayonaise, slasaus of olie.

Direct mee stoppen: van alle opofferingen die je je moet getroosten is dit een van de minste. Van melkprodukten kan men naast de volvette vorm ook magere produkten krijgen: magere melk, magere yoghurt, magere vla, vetarme kaas en speciale dieetkaas en halvarine i.p.v. margarine.

Vis is een prima eiwitbron voor slankworders, beter nog dan mager rundvlees. Varkensvlees is van nature vet en moet afgeraden worden als men echt wil afvallen.

Er zijn theorieën die zeggen dat een vetloze maaltijd geen zin heeft. Vet ligt zwaar op de maag en bijv. wat jus over de rauwkost zou maken dat het voedsel langzamer verteert en langer in de maag blijft. Dat zou het hongergevoel langer weg houden en ervoor zorgen dat de calorieën die men met het vet te veel inneemt dubbel en dwars kunnen worden bespaard.

Peulvruchten zijn ook een goede eiwitbron, maarzij bevatten veel suikers (koolhydraten) en leveren daarom veel calorieën. Brood moet men met mate eten; het bevat belangrijke voedingsstoffen, maar veel koolhydraten en ook vet. Er zijn goede dieetcrackers e.d. te krijgen die met een minimum aan vet zijn toebereid. Een enkel aardappeltje kan ook geen kwaad. Groente en fruit zijn terecht zeer populair in vermageringsdiëten. Zij verteren, vooral rauw, niet zo snel, vullen de maag, hebben vaak veel voedingswaarde en leveren maar weinig calorieën. Vruchten zijn wel wat duurder, maar zij kunnen voor een deel snoep vervangen voor wie af en toe iets wil eten. Vruchten uit blik bevatten extra veel suiker. Bijna alle hartige hapjes en snoep zijn absoluut verboden. Chips, zoutjes e.d. bevatten veel koolhydraten en (bak)vet; chocolade bevat vet en suiker en zuurtjes zijn bijna puur suiker. Frites en slaatjes bevatten veel te veel vet. Ook veel worstsoorten worden met overmatig veel vet tot een stevige massa gebonden. Frikandellen, rook- en knakworst, smeerworst, paté, boterhamworst e.d. moeten vermeden worden. Frisdranken bevatten veel suiker en omdat er al gauw veel van gedronken wordt, kan dat aardig oplopen. Er zijn speciale dieetdranken verkrijgbaar met kunstmatige zoetstof. Zoetstof kan men ook in plaats van suiker toevoegen aan thee, koffie, yoghurt en toetjes, maar de smaak is toch minder dan die van suiker en niet alle produkten zijn absoluut veilig. Het is veel zinvoller om een minder zoete smaak aan te leren. Het went opmerkelijk snel om maar één schepje suiker in de koffie te doen i.p.v. twee. Alcohol heeft ook voedingswaarde; vooral bier is berucht als dikmaker en beslist niet ten onrechte.

Lichaamsbeweging

Hoe meer lichaamsbeweging iemand neemt, hoe meer calorieën hij verbruikt. Wie snel veel wil afvallen, zou dus weinig moeten eten en veel bewegen. Dat kan als het aanbreken van de vetreserves snel genoeg verloopt; veel mensen die vermageren voelen zich echter al gauw slap door een tekort aan suiker in het bloed. Bovendien stimuleert lichaamsbeweging de eetlust, zodat deze methode soms eerder averechts werkt, omdat meer extra gegeten wordt dan afgevallen door het bewegen. De mogelijkheden om op deze manier af te vallen moet men niet overschatten: een uur lekker sporten scheelt zo’n 450 kcal, maar dat is niet meer dan 50 gram vet.


Relevante artikelen

Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.



Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

MEDISCH VOORBEHOUD

De informatie op Menselijk Lichaam is géén medisch advies. Neem bij twijfel over gezondheid, behandeling of medicijnen altijd contact op met een arts, specialist of apotheker.

Meer informatie

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Met het laatste nieuws en gezonde tips