Atopie
Bepaalde eiwitten in het bloedplasma, de immunoglo-bulinen, fungeren als antistof. Deze liquideren vreemde stoffen na ’herkenning’. Van de verschillende typen immunoglobulinen is het type IgE verantwoordelijk voor de overgevoeligheid van het ’directe type’, de allergie die snel na contact met een allergeen ontstaat. Ongeveer 10% van de bevolking heeft een allergie van dit type, is overgevoelig voor veel voorkomende allergenen uit de omgeving, zoals stuifmeel van gras, huisstof, eieren en melk. Men noemt dit Atopie.
Deze groep mensen, die lijdt aan een van deze allergieën waarbij IgE als antistof wordt gevormd, wordt atopisch genoemd. Atopische mensen hebben aanleg voor eczeem, astma en hooikoorts. IgE hecht zich normaal gesproken aan de specifieke cellen, de zogenoemde mestcellen*, die overal verspreid in het lichaam voorkomen, maar vooral in de slijmvliezen van de neus, de ogen, lippen en mond en onder de huid.
Bij hooikoorts bijvoorbeeld worden de stuifmeeldeeltjes door de IgE-antilichamen op de mestcellen herkend en de mestcel maakt dan kleine hoeveelheden chemische stoffen vrij. Door het vrijkomen van deze chemische stoffen, met name van histamine, ontstaan onder meer symptomen als een loopneus en oogirritatie. Gelukkig kunnen de onaangename symptomen van hooikoorts worden bestreden met antihistaminepreparaten.
De gevolgen van een allergie van het directe type, zoals hooikoorts, zijn zeer onaangenaam, maar gewoolijk niet ernstig. Het komt maar zelden voor dat er een ernstige reactie zoals een anafylactische shock ontstaat. Een anafylactische shock treedt wel eens op bij mensen die allergisch zijn voor bijegif. Als zo iemand wordt gestoken, komt er in zijn hele lichaam een enorme hoeveelheid histamine vrij met als gevolg organisme dat verantwoordelijk is voor tetanus. Dit organisme kan uit sporen in de bodem via een schrammetje in de huid terechtkomen.
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.