Amandelen verwijderen

De keel- en de neusamandelen zijn lymfklieren in de keel. De keelamandelen bevinden zich achterin de mond; de neusamandelen bevinden zich bovenachter in de keel-neusholte. Beide beschermen het lichaam tegen infecties. De keel- en neusamandelen zijn vooral belangrijk bij baby’s en peuters tot ongeveer 3 jaar. Na het verstrijken van de kinderjaren krimpen de klieren zodat tegen de puberteit de neusamandelen bijna volledig zijn verdwenen en de keelamandelen zijn geslonken tot de grootte van een amandel.

Kinderen boven de 3 jaar (en ook soms volwassenen) lopen vaak een angina, een bacteriële infectie, op. Soms zwellen ook de neusamandelen op waardoor de stem van het kind een neus-klank krijgt. Als u regelmatig (meer dan driemaal per jaar) last hebt van een angina of een peritonsillair abces krijgt, kan uw huisarts u tonsillectomie en misschien ook adenoïdectomie aanraden.

Vroeger gingen ze bij praktisch ieder kind de amandelen verwijderen (en vaak ook de neusamandelen). Het maakte weinig uit of het kind vaak of zelden last had van geïnfecteerde amandelen. Vandaag de dag maakt het gebruik van antibiotica de behandeling van angina veel eenvoudiger. Een operatie is vaak niet meer nodig. In uitzonderlijke gevallen kunnen de amandelen echter zo groot worden dat ze het ademhalen en slikken belemmeren. Bovendien kan het achterste deel van de neus en de buis van Eustachius door vergrote en ontstoken neusamandelen geblokkeerd worden waardoor een middenoorontsteking of een verstopte neus kan ontstaan.

Een tonsillectomie en een adenoïdectomie zijn eenvoudige operatieve ingrepen waarbij respectievelijk de keel- en neusamandelen worden verwijderd. De keelamandelen kunnen niet meer aangroeien, de neusamandelen kunnen dat echter wel hoewel ze zelden opnieuw problemen veroorzaken. Uw kind zal na de operatie nog enige uren worden geobserveerd en mag dan naar huis (of wordt misschien voor enkele dagen in het ziekenhuis opgenomen). Uw kind zal tot enkele dagen na de operatie een pijnlijke keel houden.

Een tonsillectomie en een adenoïdectomie garanderen geen vrijwaring voor keelontstekingen. Dezelfde bacteriën die een angina veroorzaken, meestal streptokokken, kunnen ook de keel infecteren. Het aantal keelontstekingen vermindert echter gewoonlijk na het verwijderen van de amandelen.