Oesophagus
Aandoeningen van de slokdarm (oesophagus).
De oesophagus is opgebouwd uit vier lagen, die van binnen naar buiten zijn: slijmvlies, op een elastische laag, een spierlaag en een sereuse (vochtbevattende) laag met bloedvaten en zenuwweefsel. Om de oesophagus liggen twee lagen kringspieren en een laag lengtespieren, onderling verbonden. De spiergroepen liggen spiraalvormig om de oesophagus, zodat bij samentrekking ervan het voedsel naar de maag wordt gestuwd. Deze bewegingen noemt men peristaltiek (van: peristellein = omsluitend samentrekken).
Een ontsteking van de oesophagus (oesophagitis) komt voor als verschijnsel van infectieziekten, bij spruw (door schimmel veroorzaakte aandoening) en na het inslikken van heet voedsel of bijtende (vloei)stoffen. Het komt nogal eens voor bij kinderen die bleek water hebben gedronken. Bij volwassenen komt slokdarmontsteking wel voor door het herhaaldelijk opborrelen van de zure maaginhoud in de oesophagus (reflux oesophagitis). De afsluiting bij de overgang van de slokdarm naar de maag, de cardia, werkt dan niet goed meer. In dat gebied kunnen ook zweren ontstaan.
De verschijnselen van een slokdarmontsteking zijn een pijnlijk, brandend gevoel achter het borstbeen, in het verloop van de slokdarm. De pijn wordt vooral gevoeld bij het slikken. Er is een gevoel van brandend zuur, en een verhoogde slijm vorming in zowel de oesophagus als de mond (speekselvloed). Indien er een zweer is in het gebied van de overgang van de slokdarm naar de maag, dan is er pijn op de plaats waar het borstbeen eindigt. Indien de oesophagus wordt bekeken door een speciaal instrument, de oesophagoscoop, dan blijkt dat het slijmvlies rood gezwollen is en eventueel zweren vertoont.
behandeling:
De behandeling bestaat uit rust, geen vast voedsel (dus alleen vloeibaar voedsel), afhankelijk van de oorzaak en de ernst van de aandoening. In ernstige gevallen zal als andere behandelingswijzen geen resultaat hebben een operatie nodig zijn.
Indien er gezwellen (tumoren) aan de oesophagus voorkomen, zal dit steeds erger wordende slikklachten veroorzaken, vooral bij droog voedsel zoals brood.
De verschijnselen zijn:
bij het slikken pijn achter het borstbeen en het vaste voedsel wil niet zakken, maar wordt opgebraakt. Het voedsel heeft dan niet de maag bereikt, zodat er géén maagzuur (zure geur) in het braaksel zit. Zodra het vaste voedsel is opgebraakt,wordt de pijn een stuk minder. Er is een verminderde eetlust (vloeibaar voedsel gaat meestal nog wel langs de gezwellen). De patiënt zal dan ook sterk vermageren. Dezelfde verschijnselen doen zich voor als bij de overgang slokdarm maag spierkramp (cardiospasmus) optreedt. Dat veroorzaakt evenwel geen verminderde eetlust en de patiënt is niet vermagerd.
Indien een slokdarmtumor tijdig wordt ontdekt, is behandeling mogelijk door een operatie. Bij (te) late ontdekking wordt opereren moeilijk.
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.