Vlektyfus
Ziekte die pas sinds 1837 onderscheiden werd van tyfus. De term vlektyfus is een verzamelnaam voor een aantal ziekten, die alle door rickettsia worden veroorzaakt. De ziekten worden door insecten van mens op mens of van dier op mens overgebracht (zie insecten en spinnen). Drie weinig voorkomende ziekten, zonder klinische verschillen, zijn hierbij: de endemische, zie endemie tabardillo-vlektyfus (Mexico), de mijtenkoorts of tsutsugamushi-vlektyftus (Japan) en de tekenkoorts of Rocky Mountains-vlektyfus (USA).
De klassieke epidemische vlektyfus wordt op de mens overgebracht door uitwerpselen van geïnfecteerde luizen. Het aantal sterfgevallen varieert van 5-20%; bij een aantal epidemieën is echter ook wel 70% van de zieken gestorven. De incubatietijd is 5-15 dagen. Daarna treedt plotseling hoge koorts op, koude rillingen, hoofdpijn en een sterk ziektegevoel; soms ook delirium en krampen. Na 3 tot 5 dagen verschijnt de typerende blauwrode huiduitslag over het hele lichaam behalve het gezicht; later verdwijnt deze met achterlating van kleine rode bloedpuntjes.
In dit stadium kunnen ontlasting, urine en braaksel bloed bevatten. De vlektyfus is een algehele aandoening van het vaatselsel met storingen in de functie van de inwendige organen; dikwijls ontstaat een longontsteking. Het hoogtepunt valt in de tweede week. Bij lichte gevallen daalt de temperatuur dan plotseling tot normale waarden; in ernstige gevallen kan de dood intreden, voorafgegaan door ernstige stoornissen van hersenfunctie en bloedsomloop. Meestal loopt de temperatuur, naarmate de genezing vordert, na 13-16 dagen geleidelijk terug. De behandeling geschiedt met antibiotica, middelen die de bloedsomloop stimuleren en een nauwlettende verzorging. Belangrijk is het voorkomen van de ziekte: bestrijding van luizen, hygiëne betreffende kleding, woning en lichaam en inenting. Doorstane vlektyfus kan voor levenslange immuniteit zorgen. In sporadische gevallen treedt de ziekte opnieuw op in een lichte vorm, de zogenaamde ‘ziekte van Brill’.
De endemische vleklyfus wordt op de mens overgedragen door een vlieg (Xenopsylla cheopis). Ratten kunnen eveneens door vliegen, maar ook door luizen en mijten worden geïnfecteerd. Verwekker is de microbe Rickettsia mooseri. De ziekte treedt op op plaatsen met veel ratten, dus in kustgebieden en op de oevers van rivieren. Deze vorm van vlektyfus verloopt lichter, maar kan verder nauwelijks van de typische (‘echte’) vlektyfus onderscheiden worden.
De tsutsugamushi ziekte wordt door mijten in het larvenstadium (voornamelijk trombicula) via ratten en muizen overgebracht op de mens. Verwekker is de microbe Rickettsia tsutsugamushi; de ziekte komt voor in het zuidelijk deel van de Stille Oceaan.
De tekenkoorts (Rocky Mountains-vlektyfus) wordt vooral overgedragen door houtteken. Verwekker is de rickettsia rickettsi. Deze door teken overgebrachte vlektyfus komt over de hele wereld voor, onder verschillende namen (bijvoorbeeld Columbiaanse vlektyfus, Kenya-vlektyfus, Middellandse Zee-teken-vlektyfus). Ook deze soorten vlektyfus worden met antibiotica behandeld.
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.