Craniosacrale therapie

Craniosacrale therapie is een zachtaardige, niet ingrijpende techniek die wordt gebruikt om het craniosacrale systeem te evalueren en te versterken. Het craniosacrale systeem bestaat uit de vliezen en het vocht die hersenen en ruggenmerg omvatten en beschermen. De craniosacrale therapie werd in het begin van de twintigste eeuw ontwikkeld door de osteopaat dr. William Sutherland, die veronderstelde dat de structuur van de schedelbotten bewegingen toestond en uiteindelijk een geneeswijze ontwikkelde die als craniale osteopathie bekend staat. In 1970 nam de osteopaat en arts dr. John Upledger waar dat het craniosacrale systeem gedurende een operatieve ingreep ritmische bewegingen maakte.

Na het werk van Sutherland te hebben bestudeerd begon dr. Upledger met onderzoek om de essentie van het craniosacrale systeem aan te tonen. Van 1975 tot 1983 had hij aan de Mitchigan State University de leiding bij onderzoek naar het effect van therapie op het craniosacrale systeem. Het onderzoek toonde aan hoe manipulatie van dit systeem kon worden gebruikt om problemen die hersenen en ruggenmerg aantasten, en andere gezondheidsproblemen, te behandelen. Het werk van dr. Upledger resulteerde in de ontwikkeling van de craniosacrale therapie.

Craniosacrale therapie

Wie heeft er de meeste baat bij?

Craniosacrale therapie verhoogt de algemene gezondheid, voert de weerstand tegen ziekten op, verbetert het functioneren van hersenen en ruggenmerg, reduceert opgehoopte spanningen en werkt samen met het natuurlijke genezingsmechanisme. Toestanden die vooral sterk op een behandeling met craniosacrale therapie reageren zijn chronische pijnen, bepaalde oogproblemen, ziekelijke verhardingen van weefsels, aantasting van de motorische coördinatie en andere aandoeningen van het centrale zenuwstelsel.

Hoe de craniosacrale therapie werkt

Het positieve effect van craniosacrale therapie steunt voor een groot deel op de normale zelf helende werking van het lichaam. Een craniosacrale therapeut verwijdert gewoonweg de obstakels bij deze genezingsprocessen. De druk die door de therapeut wordt uitgeoefend is zeer licht. Onderzoek gebeurt door het testen van bewegingen in de verschillende delen van het systeem.

Ervaren beoefenaars zijn in staat om van elk lichaamsdeel de craniosacrale pulsatie met hun vingers af te tasten, het zgn. palperen. De gemakkelijkst te onderzoeken gebieden zijn de schedel, het heiligbeen en het staartbeen. Druk op elk deel van het systeem brengt het vocht rond het ruggenmerg in beweging. Wanneer het vocht beweegt, bewegen ook de omhullende vliezen. Door de craniosacrale pulsatie te palperen kan een ervaren therapeut belangrijke informatie inwinnen. Vaak worden door dergelijke testen bepaalde beperkingen opgeheven en herstelt het systeem zich zelf.

Bij een consult kan blijken dat de oorzaak van een probleem op het emotionele vlak ligt. De therapeut gebruikt technieken die helpen om deze opgehoopte emoties toegankelijk te maken en te verlichten. Na een craniosacrale therapie sessie voelen de meeste mensen zich buitengewoon ontspannen een groot aantal van hen valt in slaap. Symptomen kunnen onmiddellijk verdwijnen en verbetering van de toestand zal meestal verscheidene dagen doorgaan.


Relevante artikelen

Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.



Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

MEDISCH VOORBEHOUD

De informatie op Menselijk Lichaam is géén medisch advies. Neem bij twijfel over gezondheid, behandeling of medicijnen altijd contact op met een arts, specialist of apotheker.

Meer informatie

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Met het laatste nieuws en gezonde tips