Gezichtsvermogen bij kinderen

De ogen van een pasgeboren baby hebben ongeveer driekwart van de grootte van de ogen op volwassen leeftijd. Het witte gedeelte van het oog (sclera) heeft een blauwe tint en het gekleurde gedeelte (iris) heeft meestal een wat onbestemde blauwe kleur bij blanke kinderen en een donkere kleur bij kinderen met een donkere huidskleur. De pupillen van een pasgeboren baby zijn klein en reageren vaak nog niet vlot op licht. Soms lijken de ogen onafhankelijk van elkaar te bewegen.

Uw baby zal de meeste tijd zijn ogen dicht hebben. Dit betekent niet dat hij niet kan zien. In feite is nu bekend dat een jonge baby al direct na de geboorte kan zien, zij het wat onscherp. Een pasgeborene probeert zijn ogen te fixeren op een voorwerp dat voor zijn gezicht gehouden wordt. Is dat verder weg dan 20 tot 30 centimeter, dan wordt zijn beeld wazig en gaan zijn ogen afdwalen, ieder oog in een verschillende richting.

Patronen trekken een pasgeboren baby meer aan dan kleuren. Maar het meest van alles is een pasgeborene geïnteresseerd in het menselijk gezicht, meestal dat van zijn moeder.

Bij het eerste medische onderzoek van uw pasgeboren baby let de arts nauwgezet op de ogen en kijkt hoe deze op licht reageren. De meeste zuigelingen zijn in lichte mate verziend, hoewel sommige baby’s, vooral als ze te vroeg geboren zijn, bij de geboorte wat bijziende zijn, dat wil zeggen dat ze niet in staat zijn verder weg gelegen voorwerpen te zien. Tijdens de groei van een normaal kind veranderen de ogen en kunnen ze zowel veraf als dichtbij gelegen voorwerpen duidelijk zien.

Gezichtsvermogen bij kinderen

Sommige kinderen worden geboren met een gedeeltelijk of geheel verlies van het gezichtsvermogen. De meest voorkomende oorzaken hiervan zijn een gestoorde oogaanleg, beschadiging van de ogen door infectie, een geboortetrauma, een ernstig zuurstoftekort (hypoxie) en erfelijke ziekten waardoor de ogen zelf of de oogzenuw die naar het gezichtscentrum in de hersenen loopt zijn aangedaan.

Tot het midden van de jaren vijftig was de meest voorkomende oorzaak van blindheid bij zuigelingen de retrolentale fibroplasie (nu veelal retinopathie van de prematuur genoemd). Dit ontstond als kleine of te vroeg geboren zuigelingen hoge concentraties zuurstof kregen in de couveuse om ze in leven te houden. Bij sommigen leidde dit tot een gedeeltelijke of algehele blindheid.

Retinopathie van de prematuur komt nu ook nog wel eens voor bij extreem premature kinderen met een laag geboortegewicht die in leven blijven door de vooruitgang in de technische mogelijkheden en in de zorg.Gelukkig leidt dit niet zo vaak tot blindheid omdat meer inzicht in het probleem bestaat en een betere behandeling mogelijk is.

Het is mogelijk dat een arts direct ziet dat een kind gedeeltelijk of geheel blind is. Dat kan bijvoorbeeld bij een uitgesproken cataract (troebeling van de ooglens), als de ogen abnormaal klein zijn (microftalmie) of bij een melkwitte vertroebeling van het hoornvlies (cornea). Soms ligt het probleem van de slechtziendheid echter niet in de ogen of in de oogzenuw maar in de hersenen zelf. Er is dan nauwkeurig neurologisch onderzoek nodig.

Hoe kan een ouder dan merken dat er iets niet in orde is met het gezichtsvermogen van het kind, als bij het eerste onderzoek alles normaal lijkt?

Dat kan in de eerste plaats door het opmerken van de zogeheten nystagmus – een snelle beweging van de ogen van de baby. De ogen kunnen plotseling op en neer bewegen of heen en weer of in de rondte draaien, of een combinatie van deze drie bewegingen vertonen. Een tweede teken is het onvermogen van het kind zijn beide ogen op een bepaald voorwerp te fixeren, de ogen kunnen ’dwalen’. Hij kijkt met één oog naar een voorwerp en het andere oog dwaalt af. Hij kijkt dan scheel of hij loenst. En als uw baby wat ouder wordt, valt het u misschien op dat hij niet goed durft te kruipen of dat hij buitengewoon onhandig is. In tegenstelling tot wat veel mensen geloven gaat echt scheelzien niet vanzelf over. Iedere baby die een afwijking van de oogstand heeft moet onderzocht worden door een oogarts.

De behandeling van aangeboren slechtziendheid of blindheid hangt af van de oorzaak. Bepaalde afwijkingen kunnen operatief gecorrigeerd worden. Een cataract (troebele ooglens) bijvoorbeeld kan verwijderd worden. Of daarmee het gezichtsvermogen is hersteld, hangt ervan af of het kind mogelijk nog andere problemen met de ogen heeft en of deze problemen te behandelen zijn.

Blindheid is soms blijvend. Als uw kind blind geboren wordt, zal uw huisarts of de oogarts u verwijzen naar een instelling voor blinde kinderen, waar u alle gewenste informatie kunt krijgen en waar u hulp kunt krijgen bij het groot brengen van een kind met een visuele handicap.


Relevante artikelen

Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.



Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

MEDISCH VOORBEHOUD

De informatie op Menselijk Lichaam is géén medisch advies. Neem bij twijfel over gezondheid, behandeling of medicijnen altijd contact op met een arts, specialist of apotheker.

Meer informatie

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Met het laatste nieuws en gezonde tips