Wat zijn conserveringsmiddelen? En zijn ze slecht voor je?
Soms zie je producten in de winkel staan waarop staat vermeld “Zonder toegevoegde conserveringsmiddelen”. Het gaat dan altijd om een product waar geen conserveringsmiddel voor gebruikt hoeft te worden, zoals verse groenten, fruit en soep uit een blik. Heel veel voedsel bevat echter wel conserveringsmiddel. Wat zijn conserveringsmiddelen? Waarom worden ze gebruikt? En zijn ze slecht?
Een conserveringsmiddel is een stof die aan een product wordt toegevoegd om het product langer goed te houden. De stof beschermt het product tegen micro-organismen, als bacteriën, gisten en schimmel. Aangezien elk soort product weer om een andere aanpak vraagt, zijn er verschillende conserveringsmiddelen. Alle conserveringsstoffen zorgen ervoor dat voedsel lang goed blijft en je het niet al na een paar dagen hoeft weg te gooien.
Conserveringsmiddelen bestaan al eeuwenlang
Wist je dat het toevoegen van stoffen aan voedsel al eeuwenlang wordt gedaan? Het langer houdbaar maken van voedsel met behulp van stoffen is een hele oude techniek. Bekende voorbeelden zijn het pekelen van vlees, waarbij pekel het conserveringsmiddel is, het toevoegen van suiker aan zelfgemaakte jam of het inmalen van augurken met azijn.
Hoe werken conserveringsmiddelen?
Een conserveringsmiddel houdt de groei tegen van micro-organismen als bacteriën, schimmels en gist. Zo wordt zout bijvoorbeeld al eeuwenlang als conserveringsmiddel gebruikt. Het trekt het water uit de micro-organismen, waardoor ze niet meer kunnen leven. Conserveringsmiddelen zorgen ervoor dat voedsel niet bederft.
Waar zitten conserveringsmiddelen in?
Conserveringsmiddelen hebben een E-nummer en zitten in heel veel voedingsmiddelen. Het is haast onmogelijk om te eten zonder deze E-nummers. Natuurlijke conserveringsstoffen hebben namelijk ook een E-nummer. Ze krijgen dit nummers als ze aan een product worden toegevoegd.
Welke conserveringsmiddelen zijn er?
De meest gebruikte conserveringsmiddelen zijn:
- Nitraat
- Sulfiet
- Benzoëzuur
Nitraat
Nitraat wordt meestal toegevoegd in kaas, vlees en vleeswaren. Nitraat voorkomt de groei van gevaarlijke bacteriën. Ook zorgt deze stof ervoor dat vlees en mooie, roze kleur heeft. Nitraat zelf is niet schadelijk. Het wordt pas schadelijk als deze stof wordt omgezet in het giftigere nitriet. Het omzetten gebeurt door bacteriën bij een hoge temperatuur. Ook in je lichaam wordt een klein deel van het nitraat omgezet in nitriet. Deze omzetting gebeurt in het spijsverteringskanaal. Ongeveer vijf procent van het nitraat wordt in de darmen omgezet naar nitriet. Soms kan nitriet weer worden omgezet in nitrosaminen. Dit zijn kankerverwekkende stoffen. Als dit gebeurt, loopt iemand meer risico op maag- of darmkanker of bloedarmoede. Nitraat kan echter niet zomaar uit vleeswaren worden weggelaten. Om deze reden wordt er onderzoek gedaan naar betere, gezondere, alternatieven.
Sulfiet
Sulfiet is een stof die van nature in bepaalde producten voorkomt. Verder kan sulfiet ook als conserveringsmiddel aan levensmiddelen worden toegevoegd. Deze stof zorgt ervoor dat vlees en fruit geen bruinige kleur krijgt. Sulfiet komt vooral voor in wijn, fruit, mosselen en gedroogd fruit. Sommige mensen zijn overgevoelig voor sulfiet en krijgen een intolerantiereactie, zoals een aanval van netelroos, astma, hartkloppingen, huiduitslag of maag- en darmklachten.
Benzoëzuur
Benzoëzuur is onder meer toegevoegd aan salades, frisdranken, snoep, kauwgom en sauzen. Een miniem deel van de mensen is overgevoelig voor deze stof.
Vijftig verschillende E-nummers
Er zijn ongeveer vijftig verschillende E-nummers die werken als een conserveringsmiddel. Het gaat dan om de nummers E200 tot E290. In veel gevallen kunnen er minder conserveringsmiddelen aan het eten worden toegevoegd. Een product is dan wel wat korter houdbaar, is duurder of ziet er minder mooi uit.
De reden dat conserveringsmiddelen een E-nummer hebben, heeft te maken met de veiligheid. Als een conserveringsnummer een E-nummer heeft, betekent het dat het middel is goedgekeurd door de Europese voedselveiligheidsorganisatie EFSA. Je lichaam krijgt er dan nooit te veel van binnen. Ook als je veel sausjes, salades of vleeswaren met conserveringsmiddelen eet.
Fabrikanten willen inspelen op de vraag naar het toevoegen van minder conserveringsmiddelen aan het eten. Zo is gebleken dat er aan een salade ook natuurlijke zuren, zoals melkzuur en azijnzuur kan worden toegevoegd. In plaats van acht weken, is de salade dan drie of zes weken houdbaar.
Zijn conserveringsmiddelen slecht voor je?
Conserveringsmiddelen zijn niet slecht voor je gezondheid. Ze zijn goed voor de voedselveiligheid en verlagen het risico dat je ziet wordt door bacteriën. Doordat conserveringsmiddelen ervoor zorgen dat producten langer houdbaar blijven, wordt er ook minder voedsel verspild.
Vers eten is natuurlijk het gezondste. Als je echt wilt eten zonder conserveringsmiddel dan kan dit alleen met verse groenten en vers fruit van de groenteboer of de versafdeling. Was de groenten en fruit wel goed, want meestal zijn ze bespoten met bestrijdingsmiddelen.
Indrukwekkend betoog. Dank u!
bedankt ik zal het lezen m vr gr