Niercapillairen
Een kwart van het totaal aan bloed dat door het hart in het lichaam wordt gepompt, komt via de twee arteriae renales (nierslagaders) uit bij elk van de twee nieren. Zo’n slagader splitst zich bij aankomst in diverse vertakkingen in de nier, die uiteindelijk vertakken in arteriolen (kleine slagadertjes) die elk uitkomen in een kapsel van Bowman (nierkapsel). De minuscule, dunwandige niercapillairen zijn weer de vertakkingen van de arteriolen en vormen een kluwen van lusvormige vaatjes dat de glomerulus wordt genoemd. Deze capillairen verenigen zich weer in de grotere arteriolen die vervolgens het kapsel weer verlaten. De capillairwanden in de nieren bestaan uit allemaal kleine poriën, die zo klein zijn dat ze als een filter werken en uit het bloed water, glucose, zouten, aminozuren, vitaminen en ureum in een buisje laten sijpelen, maar geen bloedcellen en eiwitten doorlaten.
Per minuut wordt er 125cc aan vloeistof door de capillairen gefilterd. Deze vloeistof bevat ongeveer een kilogram aan sodiumchloride, 450 gram aan sodiumbicarbonaat en 150 gram aan glucose. De nieren zorgen bijna vijftien keer per dag voor filtratie en terugresorptie (weer opnemen) van de bloedtoevoer, wat werkt als een zeer grondige zuiveringsoperatie.
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.