Mongolisme
Mongolisme, Mongoloïdismus, mongoloïde idiotie, ziekte van Langdon-Down, syndroom van Down; complex van verschillende aangeboren misvormingen. Op 500 tot 700 gezonde kinderen komt één geval voor van mongolisme, waarbij de frequentie toeneemt naarmate de moeder op oudere leeftijd zwanger wordt. De oorzaak is een afwijking in de chromosomen, en wel specifiek het 21ste chromosoom, die in plaats van het gebruikelijke chromosomenpaar in drievoud voorkomt (een zogenaamde trisomie). Het uiterlijk van de betrokkenen is karakteristiek: klein van lengte met een korte, kleine schedel (brachycefaal, microcefaal), een scheve lidspleet van de ogen (vandaar de naam), brede neuswortel, gebrekkig gevormde, diepzittende oren, een grove tong, soms met een overvloedige speekseluitvloed uit de mond, achtergebleven ontwikkeling van kaken en tanden, alsook een pas later verbeende aaneensluiting van de schedelnaad en de fontanellen. Soms zijn er aangeboren hart- of maagdarmafwijkingen, die eventueel een operatief ingrijpen noodzakelijk maken.
De geestelijke ontwikkeling is variabel maar blijft in het algemeen op het niveau van een 6- tot 7-jarige steken. In de meeste gevallen wordt aangeraden het mongoloïde kind onder te brengen in een inrichting die een gespecialiseerde zorg kan bieden. Het huidig beleid is echter om te kiezen voor een beschermde woonvorm, zodat een normale deelname aan het maatschappelijk verkeer zoveel mogelijk benaderd wordt. Door de verbeterde medische zorg is de levensverwachting beduidend toegenomen.
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.