Lichaamsvocht en lichaamsweefsel
Het menselijk lichaam bestaat uit allerlei complexe structurele eenheden zoals cellen, weefsels, organen en systemen. Deze Lichaamsvocht en lichaamsweefsel samen (het bloed niet meegerekend) vormen 92% van het lichaam. De cellen zijn de kleinste bouwstenen van het lichaam. De cellen vormen groepen en dat heet weefsel. Weefsel wordt gevormd door een groep cellen van dezelfde soort met daartussen uiteenlopende aantallen en soorten verbindingsmaterialen.
Hoewel er maar vier weefselsoorten bestaan (epitheel-, bind-, spier- en zenuwweefsel), zijn er veel deelsoorten. De vele verzamelingen Lichaamsvocht en lichaamsweefsel vormen weer de organen en de huid van het lichaam. Het lichaamsgewicht bestaat voor ongeveer 60% uit water. Daarvan is 40% afkomstig van het celvocht van de cellen. De rest van het lichaamsvocht bestaat uit één deel bloedplasma en vier delen weefselvocht tussen en rond de cellen.
Het lichaamsgewicht bestaat voor 8% uit het bloed dat constant door het weefselvocht stroomt om het te voeden, schoon te houden en de juiste samenstelling op peil te houden. Zo wordt een homeostase geschapen. Homeostase betekent dat de biochemische samenstelling, de temperatuur en het volume van het weefselvocht vrijwel constant blijft, bijna niet verandert. Zo kan het lichaam goed functioneren.
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.