Loopstijl en looptechniek
In dit gedeelte zullen we dieper ingaan op onze manier van lopen. In boekjes over het lopen spreekt men dan van de “loopstijl”. Dit gedeelte is gebaseerd op een brochure van A. Smeets.
Lopen is een cyclische – dat wil zeggen een zich herhalende – beweging. Bij het lopen onderscheiden we een zweeffase en een steunfase. Afwisselend wordt op het linker- en op het rechterbeen gesteund. De volgorde van zweeffase, steunfase van het linkerbeen, zweeffase en steunfase van het rechterbeen zijn weergegeven in de figuur.
We zien hoe bij de steunfase (voet maakt contact met de grond) er sprake is van een voorste en een achterste steunfase. De scheiding tussen voorste en achterste steunfase noemen we het “verticaal moment”. Op het moment dat het verticaal moment bereikt wordt, ligt het zwaartepunt van het lichaam precies boven het punt waar de voeten contact maken met de grond.
Op het verticaal moment gaat tevens bij het andere been de achterste zwaaifase over in de voorste zwaaifase. In de figuur zien we ook hoe de voet landt (voor het eerst contact maakt met de grond). Merk op dat de voet in deze illustratie vrijwel vlak wordt neergezet. Deze bevinding is afhankelijk van de snelheid van lopen en de stijl van lopen. Zo zal bij het afleggen van de “l 00 meter sprint” sprake zijn van een geheel andere voetafwikkeling. In het geval van de sprint landt de voet op de bal van de voet.
Kijken we naar de beweging van één been, dan onderscheiden we daarin een steunfase (het been is in contact met de grond) en een zwaaifase (been is niet in contact met de grond). Deze beweging herhaalt zich steeds en daarom spreken we van een cyclische beweging. Het ligt dan ook voor de hand om deze beweging in de vorm van een cirkel af te beelden. Laten we de figuur eens goed bekijken. Er is een gedeelte waarbij in een cirkel de verschillende fasen zijn weergegeven. Dan is er een gedeelte waarin we schematisch de opeenvolgende momenten van de standen van het (in dit geval rechter) been zien.
Loopstijl
Als we het bovenstaande lezen zou het idee kunnen ontstaan dat iedereen op dezelfde manier loopt. Dat is natuurlijk niet zo. Er zijn grote en kleine afwijkingen. We spreken in dit verband van iemands loopstijl. Die loopstijl wordt door een aantal grootheden bepaald zoals gewicht, bouw van het lichaam, aangeleerd looppatroon. Ook psychologische factoren kunnen van invloed zijn. Zo kan bijvoorbeeld een zekere felheid of loomheid in het looppatroon van iemand naar voren komen.
Looptechniek
Naast een individuele loopstijl spreekt men van looptechniek. Bij looptechniek stellen we ons de vraag in hoeverre we iemands loopstijl zodanig kunnen aanpassen, dat het lopen beter zal gaan. Iemand die van nature een goede loopstijl heeft zal weinig interesse hoeven op te brengen voor looptechniek. Indien er bij het lopen duidelijk sprake is van een aantal tekortkomingen, is die interesse van groot belang. Niet alleen zal men bij een verbeterde stijl langer kunnen lopen, de kans op het opdoen van blessures neemt ook af. Het verbeteren van een loopstijl kan een lange tijd in beslag nemen. Soms kan het wel jaren duren. Een en ander hangt natuurlijk sterk af van de gewenste verbeteringen en de motivatie van de loper.
Verbetering van techniek altijd nodig?
Indien het u vooral om conditieverbetering gaat, zal een mogelijke verbetering van de loopstijl niet zo interessant zijn. Hoogstens het gevaar op het optreden van blessures zal hier maatstaf zijn…. maar wie weet nu van te voren of zijn of haar stijl van lopen een extra risico voor het optreden van blessures met zich meebrengt. In het nu volgende zullen we enkele algemene aanwijzingen geven met betrekking tot een goede looptechniek. Het zal geen verbazing wekken dat het uit een boek aanleren van goede looptechnieken, zeer moeilijk zo niet onmogelijk is. Goede begeleiding is vrijwel onmisbaar. Indien u enkel en alleen wilt lopen om wat aan de conditie te doen, is het natuurlijk niet nodig om een begeleider op te zoeken.
Alleen als u tijdens het lopen klachten krijgt dient u afhankelijk van de aard van de klachten hulp te zoeken. Gaat het om duidelijke lichamelijke klachten die niet na een paar dagen weg zijn, dan dient u de huisarts of een arts van het SMA te raadplegen. Indien u opvallend veel keren bijna omzwikt of bijvoorbeeld last heeft van irritaties door schuren, dan zoekt u de hulp van een trimbegeleider. Lopen is een sport die meer en meer in Nederland beoefend wordt. Iedere sportwinkel met een goede selectie loopschoenen, kan u de weg wijzen als u contact met een trimclub of lopersvereniging zoekt. Denk niet dat in zo’n lopersvereniging allemaal marathonlopers zitten. Er zijn ook veel beginners die in groepsverband, meestal drie keer per week trainen.
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.