Hardloopschoenen
Een slechte schoen zal snel oorzaak zijn van allerlei klachten. Niet alleen voetklachten, ook klachten met betrekking tot enkel, knie, bekken en rug, kunnen door een slechte loopschoen worden veroorzaakt.
Zeker als u begint met hardlopen, en uw lichaam dus nog moet wennen aan bepaalde belastingen, kunnen we niet voorzichtig genoeg zijn met de keuze van ons schoeisel. De loopschoen-fabrikanten besteden veel onderzoek aan de juiste combinatie tussen vorm, ondersteuning en de mate van schok-absorberen. Straks zullen we zien dat er verschillende vormen van lopen zijn. De onderlinge verschillen in de manier waarop mensen “van nature” lopen zijn aanzienlijk. Zo kan het zijn dat de voet tijdens het landen van de schoen allereerst met de buitenrand van de hiel contact maakt. Bij weer anderen zien we dat de voet landt op de binnenzijde om vervolgens een naar buiten toe “rollende” beweging te maken. Ook voor verschillende bewegingsvormen worden verschillende schoenen aangeboden. De verschillende loopstijlen zijn zo belangrijk, dat we er straks nog dieper op zullen ingaan.
Hardloopschoenen ondergaan nog steeds verbeteringen, alhoewel veel van de zogenaamde spectaculaire vernieuwingen, meer berusten op hun reclame-waarde, dan op hun toegevoegde waarde voor de schoen zelf. In het onderstaande zullen we verschillende facetten van de hardloopschoen bespreken. Wellicht dat al deze facetten wat verwarrend op u overkomen. Hier past dan ook een duidelijke waarschuwing. Wie zich werkelijk op het hardlopen wil toeleggen doet er verstandig aan zijn schoeisel bij een gerenommeerde sportzaak te kopen! Deskundig advies is hier zeker op zijn plaats!
Waar houden we bij aanschaf van de schoen rekening mee?
Bij de aankoop van de schoen dienen we met de volgende factoren rekening te houden:
a) type voet.
Allereerst kan men het type voet onderscheiden door te kijken naar de wijze waarop tijdens het rechtop staan, de voet met de grond contact maakt. Ontdek zelf welk type voet men heeft, door bijvoorbeeld met natte voeten op de vloer te gaan staan.
1 platvoet:
Hierbij zakt de voetboog afhankelijk van de belasting gedeeltelijk of helemaal door. We kunnen dit ook duidelijk aan de voetafdruk zien: er is nauwelijks of zelfs geen versmalling in het middengedeelte van de voet. Mensen met platvoeten proneren sterk tijdens het lopen (zie uitleg in een later gedeelte). De schoen dient dan ook een goede ondersteuning te geven onder de zgn. voetboog, zodat de loopbeweging vanaf het begin tot het einde, met andere woorden van landing t/m afzet, zo goed mogelijk volgens het normale patroon verloopt. Hardlopers met platvoeten kiezen het beste een zgn. rechte leest, waarbij met name de hielversteviging van een stijve en duurzame kwaliteit dient te zijn. Tevens kiest men hier voor een tussen-zool met twee verschillende hardheden, waarbij het stugste deel aan de binnenkant zit. Op deze wijze wordt de foute beweging tijdens het contact met de grond, zo goed mogelijk gecorrigeerd.
2 normaal:
Bezien we de voetafdruk dan zien we een duidelijke versmalling van het middengedeelte. Er is echter geen sprake van twee gescheiden “contactgedeelten” zoals we die bij de hol-voet aantreffen. In dit geval koopt men een schoen die niet al te stijf is, met een rechte dan wel lichtgebogen leest. Aan de schokdemping worden geen bijzondere eisen gesteld. Indien men werkelijk zeer lange afstanden aflegt (meer dan 40 km per week) kan het raadzaam zijn, bijzondere eisen aan de schokdemping te besteden.
3 hol-voet:
De voetafdruk tijdens gewoon staan toont hier twee grote vlakken. De voet is zo “hol” dat het middengedeelte geen contact maakt. Deze voet is star en de voetboog zakt bij belasting nauwelijks door. Het zal duidelijk zijn dat het opvangen van de schokken tijdens het lopen (schokabsorptie) hier problemen kan opleveren. Daarom is het goed een schoen te kiezen met een goede schokabsorberende zool. Kies een gebogen leest omdat de voet hierin beter past
b) lichaamsgewicht:
Hoe zwaarder het lichaam, hoe meer de voet bij het staan de neiging heeft tot doorzakken en bij het lopen de neiging heeft tot proneren. Kies een schoen die de voetboog ondersteunt en die een rechte leest heeft.
c) twee verschillende voeten:
in dit geval dient men het verschil te compenseren. Dit kan eventueel met verschillende inlegzolen of door de schoenen zelf aan te passen.
d) stand van de benen:
Iedereen heeft weleens gehoord van X-benen en O-benen. De stand van de benen heeft dikwijls een gevolg op de beweging die gemaakt wordt. Over de bewegingsvormen supinatie en pronatie zullen we nog informatie geven. Laat u zich bij bepaalde duidelijke afwijkingen steeds goede voorlichting geven.
Nog geen reacties geplaatst, wees de eerste.